- inhalatiesystemen (doseeraerosol of diskus):100 µg tot 500 µg in 2 innames per dag - maximale dosis = 2000 µg per dag
- starten met een lage dosis; deze kan, in functie van de ernst van de symptomen, verhoogd worden
- bij stabilisatie van de klinische toestand: overweeg een dosisverlaging
Bij de keuze van een device dient er rekening gehouden te worden met de cognitieve status, hand-longcoördinatie en de inspiratiekracht
Er zijn twee toedieningsvormen beschikbaar.
- dosisaerosol susp. (Inhalator):
gedurende 10 sec goed schudden vóór gebruik. Het toevoegen van een voorzetkamer heeft het voordeel dat minder synchronisatie vereist is tussen het ogenblik van vrijstelling van de dosis en dat van inhalatie. Bij oudere patiënten met synchronisatieproblemen wordt een voorzetkamer geadviseerd (of een overstap naar het DISKUS systeem).
- inhalatiepdr. (voorverdeeld) Diskus:
bij het DISKUS systeem is voldoende ademspierkracht vereist omdat het product vrijkomt door inademing (zonder drijfgas). Het is nodig om eerst zeer krachtig uit te ademen om zo een snelle en diepe inademing te bekomen (bij ouderen is dat niet altijd mogelijk).
Bij ouderen is herhaalde evaluatie van de inhalatietechniek wenselijk,